“En dit”, mijn huisgenoot Rik zwaait mijn kamerdeur open, “is nou een échte journalistenkamer.” Ik veer een beetje op, uit schaamte voor de bende. Wat moet die onbekende gast wel niet denken? “Een journalistenkamer?”, vraag ik. Continue reading
Kortjes
Door de ogen van een kind
“Uit?” Met haar grote bedenkelijke ogen kijkt ze me aan. Ze kan het maar niet rijmen. Die leuke jongen met z’n blauwe ogen en telefoon met honderden spelletjes is ineens niet meer Nicolette’s kalletjen. “En op wie ben je nu verliefd dan?” vraagt ze tenslotte. “Op niemand”, antwoord ik. Dat begrijpt ze wel. “Ik ook niet. Ik ben één keer verliefd geweest. Ik doe nooooit meer aan verkering.”
Eigenlijk scheelt het wel, volgens deze negenjarige jongedame. “Weet je”, zegt ze. Ze wiebelt heen en weer. “Van verliefdheid krijg je kinderen. En weet je wat dat betekent?” “Nou?” vraag ik. “Dan moet je huisarrest geven”, zegt ze met een uitgestreken gezicht. En ze weet er nog wel meer. “En dan je moet ze op bed sturen. En met ze naar de kinderboerderij. O wacht, dat is eigenlijk wel leuk.” Ze neemt nog een slok van haar Taksi. Voor haar is het duidelijk.
Kon alles maar zo simpel zijn.